Pagina's

4.7.11

Voor de docent

Docenteninformatie

Doelgroep
Bovenbouw (9-12 jaar / jaargroepen 5-8 van de basisschool).

Lesopzet

Deze lessenserie bestaat uit 17 lessen: een inleiding, 3 lessen per godsdienst en een afsluitende les (zie schema).
De inleidende les gaat over het verhaal van de Barmhartige Samaritaan. Vanuit dit verhaal wordt gesproken over de medemens en verschillende geloven.

Het christendom volgt op de inleidende les over de Barmhartige Samaritaan. Bij het christendom horen drie lessen. Na het christendom komt het Jodendom, de Islam, het Boeddhisme en het Hindoeïsme (met elk weer drie lessen).

Verantwoording voor de volgorde de godsdiensten
Met het christendom wordt begonnen omdat dit ons startpunt is: de kinderen kennen het christendom vanuit de school en misschien van huis uit. De school is (protestants) christelijk.
Vanuit het christendom wordt hierna verbanden gelegd met het Jodendom (omdat het christendom hier uit voortkomt en Jezus rabbi was), de Islam (omdat deze weer een stap verder doet en veel van dezelfde personen kent in de Koran). Het Boeddhisme en het Hindoeïsme komen hierna, omdat het Boeddhisme geen goden heeft en het Hindoeïsme vele goden heeft, waar de eerste drie monotheïstische godsdiensten zijn.

Na deze lessen wordt afgesloten, waarbij terugkoppeling door de docent van groot belang is. Centraal staat wat geleerd is over de verschillende godsdiensten en welke koppelingen te maken zijn tussen deze godsdiensten: zoeken naar gemeenschappelijke normen en waarden (waarbij ‘naastenliefde’ een thema is dat wederom centraal staat).

Thematiek en verbanden
Er is gekozen om verbanden te leggen tussen de godsdiensten, waarbij de volgende gemeenschappelijke elementen aan bod komen per godsdienst:

- Een globale lijn van de godsdienst/levensbeschouwing
- Goden of belangrijke personen
- Wetten of richtlijnen
- Dagelijks leven (uiting van geloof)
- Naastenliefde


Het is van belang dat de docent de verschillende godsdiensten behandelt met respect voor eigenheid van het geloof/de levensbeschouwing. De docent behandelt de godsdiensten dus niet enkel vanuit het christendom, maar legt wel verbanden hiermee.
De gebruikte bronnen zijn vermeld in de literatuurlijst.

Praktisch
Per les worden tijdsindicaties voor de verschillende onderdelen gedaan. Er worden aan het eind van de les verwerkingen voorgesteld en suggesties gedaan voor materialen.